Het BANAD Festival is een jaarlijks evenement verspreid over drie weekends. Het festival is een uitnodiging om opmerkelijke plaatsen te ontdekken die het art-nouveau- en art-deco-erfgoed van de Brusselse regio openbaren. Op het programma staan bezoeken aan interieurs die gewoonlijk gesloten zijn voor het publiek, originele lezingen, een brede waaier aan themawandelingen te voet of met de fiets, activiteiten gericht op gezinnen en personen met een beperking.
Op het programma van de interieurbezoeken staan tal van ‘Essentials’ (must-sees die je minstens één keer in je leven gezien moet hebben), maar ook heel wat ‘Classics’ (waarvan sommige, zoals openbare gebouwen, scholen en musea, regelmatig bezocht kunnen worden, maar niet vanuit architecturaal oogpunt). Onder de noemer ‘New’ zijn er ook gebouwen te zien die nog nooit eerder opengesteld werden voor het BANAD-publiek en tot slot zijn er de ‘Previously New’-locaties (nieuwe gebouwen uit voorgaande jaren, opnieuw geprogrammeerd voor bezoekers die ze misschien gemist hebben op eerdere edities van het festival).
Tot de pareltjes van deze achtste editie behoren de woningen Roosenboom, Danckaert en Van den Broeck, die nog nooit eerder hun deuren openden in het kader van BANAD. Tot de Essentials en Classics, waar het publiek reikhalzend naar uitkijkt, behoren ook de herenhuizen Solvay, Tassel, Otlet, Hallet en Cohn-Donnay, de woningen Saint-Cyr en Cauchie, Villa Empain, het Résidence Palace, het Old England-warenhuis, de voormalige ateliers van meester-glasblazer Colpaert, de kerken Sint-Jan-Baptist en Sint-Augustinus en nog veel meer.
Onderverdeeld over drie geografische zones van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest openen een zestigtal gebouwen van verschillende types hun deuren: herenhuizen en privéwoningen, kantoren en appartementencomplexen, maar ook oude winkels en kunstenaarsateliers en openbare gebouwen zoals ziekenhuizen, kerken, musea, gemeentehuizen en scholen.
Liefhebbers krijgen toegang tot niet minder dan een dozijn gebouwen van Victor Horta, waaronder het maar al te zelden toegankelijke Paviljoen der Menselijke Driften. Ook andere meesters zoals Brunfaut, Courtens, Dewin, Diongre, Hamesse, Hankar, Polak, Saintenoy en Strauven staan op het programma, net als vader en zoon Jacobs, die veel schoolgebouwen in Brussel hebben ontworpen, waaronder minstens vijf art-nouveau- en art-deco-scholen.
De rondleidingen worden aangeboden in verschillende talen. De interieurbezoeken bieden liefhebbers de mogelijkheid meer inzicht te verwerven in de bouwstijl en de conservering van deze uitzonderlijke gebouwen, de kwaliteiten ervan te waarderen en bij te leren over de leefgewoonten vroeger en nu.
Dit inclusieve festival organiseert ook op maat gemaakte rondleidingen voor een laaggeletterd of anderstalig publiek, evenals aangepaste rondleidingen voor mensen met een visuele, auditieve of mentale beperking of een beperkte mobiliteit.
Het volledige programma en andere nieuwigheden zullen vanaf 15 januari op de website te vinden zijn. De ticketverkoop en glijdende tarieven gaan online op 6 februari.
Laat een reactie achter