Morris, de jongen die de hond vond

Openingszin : “Ga voor het raam staan, met je muts op en je jas aan. Kijk niet naar je voeten en kijk niet om. Stel je geen vragen. ‘Duurt het nog lang?’. Niet doen anders mis je het begin.” Zo een zin zuigt je meteen het  verhaal in.

De hond ‘Houdini’ heeft zijn naam niet gestolen.  Ze is een krak in verdwijnen en verschijnen. Het is de  verantwoordelijkheid van Morris om de hond telkens terug naar zijn oma te brengen. Daar woont hij sinds er verdrietige dingen in zijn leven zijn gebeurd. Zo moet hij telkens weer de bergen in de hond achterna. Om niet te verdwalen heeft Morris de plaatsen onderweg een naam gegeven. Een rots die hij Vuur noemt, een groep doornstruiken krijgen de naam de Egels en halverwege de berg groeit een spar scheef en dat wordt dus de Scheve. ” Als iets een naam heeft, bestaat het meer dan zonder.”

De prenten van Sebastiaan Van Doninck zijn sober en subtiel. De zin ‘Houdini was verdwenen’ staat alleen helemaal onderaan op een wit blad, net wanneer de hond opgaat in het sneeuwlandschap.

Ook Morris zijn gevoelens zijn ondergesneeuwd. Maar hij heeft een heel begripvolle grootmoeder.

” Morris’ oma stelde nooit vragen. Ze had geduld. Tussen hun bedden in stond alleen maar een linnenkast. Ze wachtte tot ze zijn adem weer rustig in en uit hoorde gaan, en zei dan iets onbelangrijks. Dat de lakens lekker roken. Of dat het nog maar midden in de nacht was en hoe fijn dat was: nu konden ze nog een paar uur slapen.”

Bart Moeyaert won de Astrid Lindgren Memorial Award van 2019.

Bart Moeyaert & Sebastiaan Van Doninck. Morris, de jongen die de hond vond.
Querido, 64 bladzijden voor 17,99 Euro.

Geef als eerste een reactie

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*


Solve : *
29 − 20 =


Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.